Na een periode van interne onzekerheid, blikt de NAVO opnieuw met vertrouwen vooruit. Maandag ontmoeten de NAVO-leiders elkaar in Brussel. Daar zullen ze discussiëren over het NAVO 2030 project. Onder deze titel wil de alliantie haar militaire slagkracht vrijwaren, de politieke alliantie vernauwen en een meer globale aanpak uitwerken. De NAVO is al meer dan 70 jaar het meest efficiënte middel om de Europese veiligheid te verzekeren. President Biden herbevestigt het Amerikaanse engagement op vlak van collectieve defensie. Er is dus geen enkele reden om ons geloof in dit bondgenootschap in vraag te stellen. We vragen ons beter af hoe lang onze bondgenoten onze systematische tekortkomingen zullen blijven tolereren.

De hoerastemming rond het einde van de geschiedenis en de triomf van het Westerse liberalisme is alweer voltooid verleden tijd. Traditionele bedreigingen zijn terug van nooit helemaal weg geweest. Rusland destabiliseert niet enkel de buitengrenzen van de EU. NAVO-vliegtuigen onderscheppen geregeld Russische jachtvliegtuigen en bommenwerpers langsheen het Europese luchtruim. De alliantie monitort ook Russische schepen in de Noordzee. Als actief lid van de globale coalitie tegen IS bestrijdt ze de sluimerende terroristische dreiging. Via opeenvolgende gevechts- en trainingsmissies beschermde ze ons tegen de terroristische dreigingen vanuit Afghanistan. Dit engagement wil ze in de toekomst op andere manier verderzetten. Ook de klimaatverandering creëert veiligheidsdreigingen waarop de NAVO een gezamenlijk antwoord formuleert.

Virtuele dreigingen zijn minder tastbaar, maar niet minder schadelijk. De recente cyberaanvallen op Belnet en op de Colonial Pipeline in de VS berokkenden aanzienlijke economische schade. Artificiële intelligentie, hypersonische wapens en autonome wapensystemen verhogen de slagkracht van onze tegenstanders. Deze militaire middelen bevinden zich nu al in het arsenaal van niet-NAVO landen. Enkel NAVO-samenwerking garandeert ons de expertise, capaciteit en processen om aan deze uitdagingen het hoofd te bieden.

Naast deze militaire uitdagingen staan maandag ook meer politieke discussies op het menu. De bondgenoten streven naar een op regels gebaseerde internationale samenwerking. Dit maakt de relaties met andere grootmachten voorspelbaarder en dus veiliger. De NAVO heeft ontegensprekelijk meer autoriteit dan de EU om geloofwaardig te reageren op flagrante schendingen van deze regels. Als kleine open economie varen we wel bij een multilaterale rechtsorde. Via ons lidmaatschap in de NAVO boksen we ook hier boven ons gewicht.

We moeten de NAVO daarom versterken en verder uitbouwen en dit via een tweesporenbeleid. Enerzijds bepleiten we de intensivering van de politieke consultatie en coördinatie tussen de bondgenoten, met een brede focus op onder andere wapenbeheersing en non-proliferatie. Anderzijds moeten we, zoals gevraagd door onze partners, ons defensiebudget verhogen en weerbaarheid van onze samenleving verstevigen. Dit vereist een omslag in politieke ambitie en navenante investeringen.

De sterkte van de alliantie drijft op politieke solidariteit tussen de bondgenoten. Dit brengt ons tot de olifant in de kamer. Elke deelname aan eender welk bondgenootschap vereist een geloofwaardige opname van de lasten. Voor de NAVO ligt de doelstelling op 2 procent van het bruto binnenlands product. Met een geschatte defensie-uitgave van 1,1 procent van het BBP in 2020 staat België op de voorlaatste plaats en moet het enkel Luxemburg achter zich laten. Defensie heeft het gebrek aan middelen in het verleden grotendeels weten te compenseren via het bijdragen van professioneel getraind personeel aan internationale missies. Toch komt er een punt waarop dit zich begint te wreken. Dit punt is nabij nu de aanhoudende budgettaire krapte zelfs een negatieve impact lijkt te hebben op vanzelfsprekende samenwerkingsverbanden, zoals die met de Nederlandse marine.

De NAVO is als bondgenootschap meer dan de som van haar delen. Het biedt een militaire hefboom die essentieel is voor onze nationale veiligheid. Noch de EU, noch andere regionale samenwerkingsverbanden bieden gelijkaardige bescherming. Uiteraard is verdere Europese defensiesamenwerking wenselijk. De NAVO en de Europese defensiesamenwerking versterken elkaar, zoals verschillende gemeenschappelijke verklaringen en het gemeenschappelijk pakket voorstellen aantonen. Toch blijft de rode draad in al deze samenwerkingsverbanden dezelfde: Defensie heeft nood aan verdere investeringen. Het gebrek hieraan verhindert België te wegen op de besluitvorming in NAVO en riskeert onze veiligheid te ondermijnen.